geboren Amsterdam (07-10-1886) vermoord Auschwitz (22-10-1942)
Artikel in nieuwsbrief 31 mei 2016
In 1890 werd de eerste Steenwijkse fanfare opgericht door J. J. van Kerkvoorde. Bij de oprichting van een fanfare is het grootste probleem de aanschaf van de instrumenten. Van Kerkvoorde klopte aan bij Salco Tromp Meesters. Die zei spontaan een flink geldbedrag toe en zo kwam de fanfare aan haar instrumenten. Het eerste concert was een fantastische ervaring, aldus de schrijver van het boek Duizend jaar Steenwijk. In 1900 zijn er 25 leden van de fanfare. De gemeente Steewijk liet in 1913 een muziektent bouwen op de Markt waar de Steenwijkse Fanfare eens in de veertien dagen een optreden gaf. Die muziektent staat nu in het park van Rams-Woerthe.
Door de mobilisatie vanwege de Eerste Wereldoorlog verdween de fanfare. In 1918 kwam een herstart met de oprichting van de muziekvereniging Tot Steun in de Strijd – TSIDS – opgericht. In hetzelfde jaar werd ook de christelijke muziekvereniging Crescendo opgericht. Van die vereniging werd een Joodse Steenwijker lid, namelijk Isaäc Casoetto.
Isaäc Casoetto werd geboren in Amsterdam.Hij groeide op in een weeshuis waar hij het vak van sigarenmaker leerde. In 1914 kwam hij als achtentwintigjarige naar Steenwijk als sigarenmaker. Daar waren in die dagen verschillende sigarenfabriekjes. Vermoedelijk is hij in dienst getreden bij de sigarenfabriek van G. Rijkmans.
In april 1920 trouwt hij Janna Koenen, een niet-joodse dienstbode. Zij zijn arm en bij het sluiten van hun huwelijk wordt er een bewijs van onvermogen afgegeven. Janna was Nederlands-hervormd en haar ouders hadden bezwaar tegen het huwelijk met de Joodse Isaäc. Nadat er twee kinderen levenloos ter wereld kwamen, werd in 1924 Ephraïm geboren. Zijn roepnaam was Frans. Janna overleed in 1931.
Isaäc was geen lid van de joodse gemeente van Steenwijk, mogelijk doordat hij gemengd gehuwd was. Gemengde huwelijken werden in die tijd bij alle kerkgenootschappen afgekeurd. In 1930 sloot hij zich aan bij de Vrije Zendingsgemeente, waar hij volgens eigen zeggen, met open armen werd ontvangen.
Begin 1941 moesten alle personen van geheel – of gedeeltelijke joodschen bloede zich melden bij de plaatselijke autoriteiten. Isaäc Casoetto ent zijn zoon Frans meldden zich niet. Dat leek Isaäc net nodig, hij was immers vrij-evangelisch. Maar de waarnemend burgemeester van Steenwijk, Hagemeijer, zag dat anders. Hij schreef een brief naar de Rijksdienst voor de Bevolkingsregister. Na onderzoek moet Isaäc Casoetto en zijn zoon Frans zich toch melden en dat betekende hun doodvonnis.
Isaäc Casoetto was van 3 mei tot en met oktober 1942 tewerkgesteld in het Joodse werkkamp bij Rouveen, kamp Conrad. Op 3 oktober 1942 werd hij gedeporteerd naar Westerbork en op 19 oktober maakt hij zijn laatste reis naar Auschwitz. Drie dagen na aankomst werd hij daar vermoord.
Ben Jurna
(Bronnen: 51 portretten van Jan van Rossum, Duizend jaar Steenwijk van Henk Bruinenberg)